De natuur en landbouw in Noord-Brabant en Limburg staan beide onder druk. De rijkdom aan waardevolle en kwetsbare natuur heeft sterk te lijden onder met name verdroging en stikstofneerslag. Plantensoorten verdwijnen, dieren worden bedreigd. Uiteindelijk heeft dit gevolgen voor onze voedselvoorziening en gezondheid. Voor ons welzijn. En met de stikstofcrisis heeft de achteruitgang van de natuur ook nog eens direct invloed op economische ontwikkeling. De landbouw op zijn beurt is volop in transitie. Ze zoekt de balans met gezondheid, natuur en landschap. Ze zoekt nieuwe perspectieven om te kunnen blijven boeren, in evenwicht met de omgeving.
Een gebiedsgerichte aanpak moet ons op weg helpen naar een omgeving waarin zowel de condities voor de natuur (voldoende en schoon water, schone lucht, gezonde bodem, minder stikstof) als de landbouw (duurzaam produceren, met een perspectiefvol verdienmodel) goed zijn. Dat noemen we daarom ook wel een gebiedsgerichte aanpak. Met waar mogelijk ook aandacht voor ruimtelijke ontwikkelingen, zoals verstedelijking, infrastructuur en ruimte voor energie. Provincie Noord-Brabant, waterschappen, terreinbeherende organisaties zoals Staatsbosbeheer en Brabants Landschap, de agrarische sector, gemeenten en andere belanghebbenden kijken in gebieden en projecten met elkaar naar samenhangende (middel)lange termijn oplossingen. Deze moeten bijdragen aan natuurherstel én duurzaam perspectief voor de Brabantse landbouw. 12 gebieden kennen een stapeling van complexe opgaven, veelal stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden. In die gebieden kijken de partners niet alleen in de natuurgebieden en de directe omgeving, maar juist ook in de wijdere overgangszone eromheen. Het gebied rondom Strabrechtse Heide is er daar een van.
Natura 2000 is een samenhangend netwerk van beschermde natuurgebieden, die zijn aangewezen door de Europese Unie. Deze gebieden krijgen extra bescherming, omdat er bijzondere planten en diersoorten in voorkomen. In de gebieden wordt gewerkt aan de Natura 2000-doelen; het herstel en behoud van dier- en plantensoorten. In Brabant liggen 21 Natura 2000-gebieden. Strabrechtse Heide is er een van.
De problemen zijn niet nieuw. Als we niets doen, groeien de problemen verder en worden de vraagstukken steeds groter. We lopen nu tegen de grenzen aan. We moeten zoeken naar meervoudig ruimtegebruik.
Er spelen veel opgaves in dit gebied. Wij werken in opdracht vanuit het Rijk met diverse samenwerkingspartners. En doen dit graag mét en voor de omgeving. We willen zoveel mogelijk in 1 keer oppakken. Dat is het nieuwe aan de aanpak. Met samenwerking kunnen we een stap vooruit maken.
Dit Natura 2000-gebied voldoet voor de kenmerkende soorten niet aan de (Europese) instandhoudingsdoelstellingen. Voornaamste oorzaken zijn verdroging, stikstofdepositie en onvoldoende verbinding met andere geschikte leefgebieden. Bijzondere dier- en plantensoorten hebben het daardoor moeilijk. Voor Natura-2000 gebieden gelden Europese regels om te zorgen dat de natuur niet verder achteruit mag gaan. Daarom willen de gebiedspartners snel in deelgebieden aan de slag met maatregelen die ze nu al kunnen nemen.
Overigens: ook in het gebied rondom het Natura 2000 gebied is steeds vaker te weinig oppervlakte- en grondwater beschikbaar. Bovendien is de waterkwaliteit in de beken en sloten en van het grondwate onvoldoende. Uiteindelijk wordt zo de beschikbaarheid van bijvoorbeeld schoon water en voedselproductie onzeker en is het gebied extra gevoelig voor bijvoorbeeld droogte én extreme piekbuien.
Zie de projectkaart. De gebiedsbegrenzing is bepaald door een inschatting van de zone waarbinnen het effectief is om maatregelen te nemen. Daar waar effecten verder doorwerken of we oplossingen, bijvoorbeeld voor agrariërs niet binnen de begrenzing kunnen vinden kijken we ook buiten de gebiedsbegrenzing. Deze grens is dus niet hard.